Gezondheid Kleurmuis

Gezondheid

Kleurmuizen hebben over het algemeen weinig problemen met hun gezondheid. Een goede verzorging draagt bij aan een goede gezondheid. Een gezonde kleurmuis kijkt helder uit zijn ogen en is levendig. De vacht is glad, zacht en regelmatig. Het achterste is droog en schoon. Een zieke kleurmuis zit vrijwel altijd in elkaar gedoken. De vacht is dof en staat open, alsof hij vochtig is. Het diertje heeft een hoge rug, ook tijdens het lopen.

Ziekten

Verkoudheid en longontsteking: Tocht is één van de meest voorkomende oorzaken van verkoudheid en longontsteking. Kleurmuizen kunnen kou redelijk verdragen, maar kou in combinatie met vocht leidt eveneens tot verkoudheid. Bij verkoudheid niest de kleurmuis en het dier krijgt een natte neus. Als de verkoudheid ernstiger wordt, gaat het dier reutelend ademen en komt er veel meer nattigheid uit de neus. In dat geval kan het dier het best naar de dierenarts gebracht worden. Een kleurmuis met verkoudheid of longontsteking dient in een tochtvrije, warme ruimte gehouden te worden (22 tot 25°C).

Diarree: Diarree is bij kleurmuizen vaak dodelijk. Diarree ontstaat meestal door verkeerde voeding, soms in combinatie met tocht of vocht. Veel gevallen van diarree worden veroorzaakt door het geven van teveel vochtrijk voedsel. Bedorven voedsel of vervuild drinkwater kunnen ook de oorzaak zijn.
Wanneer de kleurmuis last krijgt van diarree, dienen alle vochthoudende voedingsmiddelen direct uit het verblijf verwijderd te worden. Geef het dier uitsluitend droog brood, gekookte rijst of knäckebröd. De kleurmuis dient te kunnen beschikken over voldoende vers drinkwater. De bodembedekking en het nestmateriaal dienen twee keer per dag verschoond te worden. Zodra de kleurmuis weer helemaal beter is, dient het verblijf goed ontsmet worden.

Natte staart: Een ernstige vorm van diarree wordt veroorzaakt door de E coli-bacterie. De meeste kleurmuizen sterven binnen 48 uur. Kleurmuizen die aan deze ziekte lijden, hebben voortdurend een natte staart en anus. De dieren willen niet eten en zijn lusteloos. Normaal komt de E coli-bacterie in geringe hoeveelheid voor in de darm van kleine knaagdieren. In geval van verminderde weerstand of stress kan de bacterie plotseling actief worden. Wanneer de kleurmuis een natte staart heeft, kan het beste direct naar de dierenarts gegaan worden.

Gezwel/abces: Kleurmuizen hebben vaak last van gezwellen. De meest voorkomende gezwellen zijn die aan de melkklieren van de vrouwtjes. Een gezwel kan ook het gevolg zijn van huidkanker. Deze gezwellen kunnen wel operatief verwijderd worden, maar vaak is dit afhankelijk van de leeftijd van het dier.
Een abces wordt veroorzaakt door een onderhuidse infectie. Deze kan door de dierenarts eenvoudig worden opengesneden en schoongemaakt als ze rijp zijn.

Olifantstanden: Knaagdieren hebben tanden die altijd doorgroeien. Door het vele knagen slijten deze tanden vanzelf af. Doordat de tanden van de onder- en bovenkaak normaal gesproken op elkaar staan, groeien ze niet te snel. Wanneer een tand scheef staat, kan deze door blijven groeien. Met zo’n lange tand kan het dier niet meer eten en zal uiteindelijk aan hongerdood sterven. Als het dier slecht eet, dient eerst de bek gecontroleerd te worden. Heeft de kleurmuis een olifantstand, dan kan de dierenarts die afknippen. De kans op olifantstanden kan verminderd worden door voldoende knaagmateriaal in de kooi te leggen.

Huidschimmel: Soms kunnen knaagdieren last hebben van huidschimmel. Aan de oren of neus zitten kleine schilfertjes. Huidschimmel is vrij besmettelijk voor mens en dier, maar eenvoudig te behandelen.

Huidproblemen: Huidproblemen zijn te herkennen aan jeuk, krabben, kale plekken, roodheid of irritatie van de huid, schilfers, korstjes en kleine wondjes. Oorzaken zijn parasieten, een te eiwitrijk dieet of een allergie voor iets in het voer of omgeving.