Alternatieven voor dierproeven

12november2008
Bron: uu.nl
In Utrecht is professor Bas Blaauboer benoemd tot hoogleraar voor Alternatieven voor dierproeven in de toxicologische risicobeoordeling. In zijn oratie betoogde hij dat proefdieronderzoek dat gedaan wordt om ...
gezondheidsrisico’s voor mensen bij blootstelling aan giftige stoffen te bepalen, vervangen kan worden. “Door vooruitgang in biologische kennis in combinatie me het gebruik van computermodellen, kunnen die risico’s steeds beter worden ingeschat zonder een dier als model voor de mens te hoeven gebruiken. Deze nieuwe strategieën, die leiden tot minder proefdiergebruik, worden door de overheid veel te weinig gestimuleerd”, betoogt Blaauboer.

Toxicologie is de wetenschap van de risico’s van stoffen voor de gezondheid van mensen. Deze stoffen zitten in voedsel, medicijnen, schoonmaakmiddelen, cosmetica maar ook in materialen waar mensen mee werken. De gezondheidsrisico’s worden nu voonamelijk bepaald met dierproeven en de overheid bepaald welke proeven er gedaan moeten worden.
Doordat er veel voortuitgang is in het werken met celculturen en door modelberekeningen op de computer kan de toxische werking van stoffen steeds beter beoordeeld en voorspeld worden zonder gebruik te maken van dierproeven. Volgens Blaauboer zijn deze methodes al beschikbaar en bruikbaar om risico’s vast te stellen en zou de overheid deze nieuwe proefdiervrije methodes meer moeten stimuleren.

Zo gaat Blaauboer onder andere proberen het gebruik van ‘second species animals’ overbodig te maken. Dit zijn de grotere zoogdieren zoals bijvoorbeeld honden waarop een stof getest wordt nadat deze getest is op ratten of muizen. Voor geneesmiddelenonderzoek is deze twee testronde nog wettelijk verplicht.

Blaauboer is hoogleraar bij de divisie Toxicologie van het Institute for Risk Assesment Sciences (IRAS). Het IRAS is een interfacultair onderzoekscentrum van de Universiteit van Utrecht ondersteund door de faculteiten Diergeneeskunde, Geneeskunde en Bètawetenschappen.