Vitamine D, Ca en P voorziening van chinchilla's

30april2008
Bron: Diseases of small domestic rodents, V.C.G. Richardson, 2003
Vitamine D, calcium en fosfor zijn belangrijk voor de juiste vorming van bot en tanden. Vitamine D wordt aangemaakt wanneer de huid aan zonlicht wordt blootgesteld. Bovendien wordt het toegevoegd aan het voer.
Calcium (Ca) en fosfor (P) zijn benodigd in een verhouding tussen 1:1 en 2:1. Een disbalans van Ca en P kan leiden tot verzwakte botten en tot krampen. Dit treedt voornamelijk op bij jonge, groeiende dieren en bij drachtige dieren.
Gesteriliseerd botmeel is een zeer goede bron van Ca en P omdat de mineralen daar in de juiste verhouding in voorkomen. Dit gesteriliseerde botmeel kan verstrekt worden aan de chinchilla (een halve theelepel, tweemaal per week). Dit is voldoende voor onderhoudsniveau. De Ca-behoefte is zeer afhankelijk van de status van het dier: tijdens lactatie is de behoefte tweemaal zo hoog als het onderhoudsniveau en wanneer het vrouwtje zoogt en alweer drachtig is, is de behoefte nog hoger.
De behoeft aan Ca in % van de droge stof is tijdens groei 0,4 %, voor onderhoud 0,3 %, tijdens de dracht 0,4 % en tijdens de lactatie 0,6 %.

Het dieet van drachtige en zogende vrouwtjes kan aangevuld worden met 30 ml magere melk (2 eetlepels) per dag. Dit mag verstrekt worden vanaf 10 dagen voor het werpen en tijdens de lactatieperiode. Volle melk is te vet en levert teveel calorieën.
Zogende vrouwtjes kunnen een aandoening krijgen die vergelijkbaar is met melkziekte bij rundvee. Dit wordt veroorzaakt door een tekort aan calcium (hypocalcemie). Dit treedt meestal op 2-3 weken na de bevalling. Symptomen zijn verlamming van de achterhand en verstoring van het maag-darmkanaal. De dierenarts kan de zieke chinchilla behandelen. Preventie van deze aandoening (tympanites) kan door goede voeding te verstrekken.