Voeding Filippijnse kaketoe

Dieet

De aangeboden voeding moet voor ongeveer de helft uit droge granen en zaden bestaan. De andere helft dient groenvoer e.d. te zijn. Voor en tijdens het grootbrengen van de jongen kan de hoeveelheid kiemvoer worden verhoogd en het gebruikelijke voer worden aangevuld met opfokvoer en gekookte peulvruchten.

Nutrientenbehoefte

Voedingsschema

Geef kaketoes steeds op dezelfde tijd eten. ‘Smorgens of in de namiddag zijn de beste tijden.
De dagelijkse hoeveelheid voedsel is afhankelijk van de grootte en de bewegingsmogelijkheden van de kaketoes. Kooivogels die weinig beweging hebben en kleinere soorten moeten ongeveer 80 g granen en zaden en ongeveer dezelfde hoeveelheid fruit krijgen.

Voedingsplaats

Er moeten minstens 4 bakjes beschikbaar zijn. Voor zaadmengvoer, drinkwater, grit en een bakje voor afwisselend fruit en groente.

Handopfok

Het kan gebeuren dat kaketoes hun eitjes door verstoring vna hun leefomgeving in de steek laten of zich onvoldoende voor alle kuiken inzetten. Wanneer men dit tijdig merkt kunnen de eitjes uit het nest genomen worden en uitgebroed worden in de broedmachine. Wanneer de eitjes dan zijn uitgekomen dient men de jongen bij een temperatuur van 36C te houden. Een infrarode warmtelamp is hierbij erg handig.
De jongen krijgen in het begin ongeveer alle twee uren tussen 6.00 en 24.00 uur een voedselbrij. Zeer geschikt is bijvoorbeeld zuigelingenvoedsel in poedervorm. Om de twee tot drie dagen dient men hier vitaminen en mineralen aan toe te voegen. Het voedsel dient dagelijks vers bereid te worden. De temperatuur van het voedsel dient 40 tot 41C te zijn. Men kan m.b.v. een plastic wegwerpspuit het voedsel toedienen, later kan dit met een theelepel. Tijdens de groei krijgen de jongen slechts elke 3 tot 4 uur eten. De voedselbrij dient dan te worden verrijkt met kleine stukjes eigeel, fruit en groentes. Het is moeilijk om kleine kaketoes van voedselbrij om te wennen naar zaden en granen. Ga daarbij geleidelijk te werk. Doe eerst de gebruikelijke voedselbrij in een bakje en voeg er vervolgens het zachte fruit en de groente aan toe. In het begin moet men de zaden malen of van hun hulsje ontdoen. Jonge kaketoes moeten eerst leren de hulsjes van de zaden af te pellen. Dat gaat het makkelijkst als ze het kunnen afkijken van een soortgenoot.