Op tien plaatsen in Europa wordt in de komende jaren (voor 2020) één miljoen verlaten boerenland omgevormd tot wildernis. De giebieden moeten gefinancierd worden uit inkomsten van toeristen.
In Europa is in de afgelopen vijftien jaar al twaal miljoen hectare landbouwgrond weggevallen, vooral omdat grootschalige teelt daar niet mogelijk was. De verwachting is dat daar nog eens 18 miljoen hectare bijkomt tot 2030. Deze grote gebieden hebben dan geen enkele economische functie meer en zijn (en blijven) dunbevolkt.
Aan de andere kant zijn er diverse diersoorten waarvan de populaties steeds groter worden, door gerichte beschermingsmaatregelen, minder insecticide gebruik en de aaneenschakeling van natuurgebieden. Dit geldt onder andere voor wolven, bruinen beren en bevers.
Rewilding Europe wil deze (grote) zoogdieren een natuurlijk leven laten leiden in wildernissen van tenminste 100.000 hectare. Het voedselaanbod en de weersomstandigheden moeten de trootte van de kuddes bepalen, de mens mag hier niet ingrijpen. Door grote aantallen rovers en grazers worden de gebieden aantrekkelijk voor safari’s en voor verblijf aan de randen. De wildernissen moeten zonder subsidies kunnen bestaan, alleen beperkte startsubsidies voor beginnende ondernemers zijn mogelijk. In Zuidelijk Afrika blijken vergelijkbare programma’s erg succesvol.
Inmiddels is met de ontwikkeling van wildernis begonnen op vijf locaties in Zuid- en Oost-Europa. Later volgen nog vijf projecten in Midden-Europa en Scandinavië.
Rewilding Europe
16november2011
Een samenwerkingsverband tussen het Wereld Natuur Fonds en diverse Europese natuurorganisaties wil complete nieuwe ecossytemen terugbrengen en tegelijkertijd een nieuwe economische impuls geven aan verlaten gebieden.
